Lakkenkoning Luc Thijs zoekt alweer koper voor Alro

Derde keer, goede keer? Luc Thijs zoekt opnieuw een externe partner voor zijn onderneming Alro. Zijn bedrijf verwierf in Europa een speerpuntpositie in de oppervlaktebehandeling van auto-onderdelen.

Alro gaat op zoek naar een externe partner. Dat werd de voorbije week donderdag kort meegedeeld tijdens de ondernemingsraad. “Veel meer werd er niet gezegd”, meldt Bob Van Laecke, vakbondssecretaris bij ACV-Metea in Limburg. “Er werden geen namen genoemd. De voorkeur gaat naar een financiële partner.”

Alro, het bedrijf van Luc Thijs, is gespecialiseerd in oppervlaktebehandeling en lakken van onderdelen voor de auto-industrie. Thijs gaat al voor de derde keer op zoek naar een externe aandeelhouder. De eerste vrijage startte in 1998, met het Britse investeringsfonds Barclays Private Equity als grootste aandeelhouder (48%). Dat huwelijk ging de mist in. Selfmade man en volbloed entrepreneur Luc Thijs kon niet overweg met de Angelsaksische methodiek van procedures, regeltjes en deugdelijk bestuur, die weinig affiniteit had met de werkvloer. Hij moest zijn bedrijf in 1999 loslaten en opstappen als CEO, na aanhoudend geruzie. Maar al een jaar later kwam hij terug via de grote poort en herwon hij een controlebelang van 86 procent in Alro. In 2005 werd hij weer alleenheerser.

In de garage

Dat gevecht met een doorgewinterd Angelsaksisch fonds zegt veel over de koppigheid, de hardnekkigheid en de sluwheid van de Limburger. Sinds zijn Britse periode duikt hij nog nauwelijks op in de media. Hij wordt in Limburgse ondernemerskringen wel beschouwd als een van de grote voorbeelden voor de provincie. Ook met de vakbonden kon hij overweg. “Het waren soms heel harde gesprekken”, nuanceert Frank Stevens, vakbondssecretaris van het ABVV Metaal in Limburg. “Luc Thijs kon koppig vasthouden aan een mening. Maar er was wederzijds respect. Een woord was een woord.”

Begin jaren zeventig was Luc Thijs technisch ingenieur scheikunde bij het filiaal van Siemens in Lanklaar. Hij was er verantwoordelijk voor de kwaliteitszorg. Hij stelde vast dat veel laklagen foutief waren aangebracht op de producten. Bovendien werd dat lakken uitbesteed aan bedrijven buiten België. Na de werkuren ontwikkelde Thijs thuis in de garage betere lakprocessen. Het werd de start van Alro. De onderneming heeft fabrieken in Dilsen-Stokkem en Genk, in Heerlen in Nederland en in Tranava in Slowakije.

Het bedrijf heeft een indrukwekkende klantenportefeuille: alle belangrijke Europese autogroepen zijn kind aan huis bij Alro: Audi (ook de e-tron in Vorst), BMW, Daimler, PSA Peugeot Citroën, Volkswagen Groep en Volvo Trucks.

Helft ontslagen, geen staking

En toen volgde de crisis van 2009. “De toekomst hing toen aan een zijden draadje”, verklapte Thijs in 2015 aan Het Belang van Limburg. “Het was alsof de wereld ineenstortte. Van de ene dag op de andere verloren we 70 procent van ons orderboekje.” De omzet dook van 148 miljoen euro in 2008 naar 50 miljoen euro een jaar later. Een beenharde sanering volgde, met bijna 400 ontslagen. Toch werd er niet gestaakt. “Dat had ook nergens toe geleid”, vindt Bob Van Laecke van het ACV. “Alro heeft altijd heel open gecommuniceerd over de financiële toestand bij het bedrijf.”

In volle crisis nam Luc Thijs voor de tweede keer een externe financier in huis: LRM. Het Limburgse overheidsvehikel bleef tot in 2012. Stijn Bijnens, Trends Manager van het Jaar 1999, zetelde toen voor LRM in de raad van bestuur van Alro. “De onderneming werd vooral geleid door CFO Jan Ramaekers en huidig CEO Jan Craenen”, zegt Bijnens. “Luc Thijs kon toen al heel goed delegeren. Ik kende hem al voordien. Limburgers kennen elkaar altijd wat sneller. Thijs is een Maaslander. Dat is nog een apart subras in Limburg. Maaslanders zijn heel aangename, aimabele mensen. Maar tegelijk ook heel koppig.”

LRM verdween als aandeelhouder in 2012. Vandaag oogt Alro weer gezond en zoekt het alweer een externe aandeelhouder. Luc Thijs, die 71 is, en zijn kinderen Tom (46) en Elke (43) zijn bestuurder, maar ze zijn niet operationeel actief. Al een decennium wordt de groep operationeel vooral geleid door Ramaekers en Craenen. Thijs is al jaren nauwelijks aanwezig op de werkvloer.