Luc Vandenbulcke (GeoSea) over hernieuwbare energie: ‘Nietsdoen is geen optie meer’

LUC VANDENBULCKE "Hernieuwbare energie wordt telkens geconfronteerd met weifelende overheden." © ID
Luc Huysmans senior writer bij Trends

De energiesector is in volle transitie. Het is hoog tijd dat de overheid keuzes maakt. “We moeten beslissingen nemen over onze toekomstige energiebevoorrading, en dan moet je appelen en peren vergelijken”, zegt Luc Vandenbulcke van GeoSea, de wereldleider in de installatie van windparken.

De aankondiging van staatssecretaris voor de Noordzee Philippe De Backer (Open Vld) dat hij de laatste drie concessies voor Belgische zeewindparken wil intrekken, joeg een schokgolf door de sector. Ook bij Luc Vandenbulcke, de algemeen directeur van GeoSea. Hij wijst erop dat de onderhandelingen over de subsidies nog moeten beginnen.

Het zou een vervelende horde zijn op het groeipad van GeoSea. Met een omzetgroei van nul naar 500 miljoen euro domineert het al jaren de Trends Gazellen in Oost-Vlaanderen. “Vroeger trok een congres over de offshoresector tien geïnteresseerden, nu zitten de zalen bomvol.”

Behalve voor offshoreklanten werkt GeoSea ook voor de olie- en gassector. “Ik wil niet hypocriet zijn. Als een klant vraagt gas te installeren, dan doen we dat. Op wereldvlak is bijna 90 procent van de energie nog altijd niet groen, maar bij ons is 90 procent groen.”

GeoSea groeide uit de DEME-waterbouwdochter Hydro Soils Services. Het team van Vandenbulcke haakte in op de eerste aanvragen voor windmolenparken en werd in 2005 een aparte entiteit. Een groot plan zat er niet achter, vertelt de in Ieper opgegroeide zoon van een oogarts en een rechter. “Ik wou altijd iets doen op de grens van natuur en techniek. Dan kom je snel uit bij waterbouw. Destijds keek iedereen wel naar windmolens, maar waren er niet veel die op de kar sprongen. Alain Bernard (de CEO van DEME, nvdr) gaf ons veel steun.”

Nochtans was Luc Bertrand van de moederholding Ackermans & van Haaren geen echte believer, gaf hij onlangs toe.

LUC VANDENBULCKE. “Hij vond vooral dat windmolens een eigen zakenmodel moesten krijgen, waarin ze zonder overheidssteun voort kunnen. Hij had gelijk, en sneller dan verwacht maakt de offshoresector dat ook waar. Er is de scherpe prijsdaling van de Nederlandse aanbestedingen, en nu wil het Duitse EnBW in 2025 een park bouwen zonder subsidies.”

Dat wil staatssecretaris De Backer ook. Wat houdt u tegen?

VANDENBULCKE. “Zowel de timing, de spelregels, de maritieme condities als de winstopbrengst – 15 procent meer – in Duitsland zijn totaal verschillend. We zitten met sterke, Belgische partijen om de tafel en ik ben ervan overtuigd dat we tot een goede oplossing komen, zowel voor die partijen als voor de overheid. We moeten wel duidelijk maken dat ‘zonder subsidie’ niet hetzelfde is als ‘gratis’. De spelers in Duitsland kondigden meteen ook aan dat ze pas in 2021 beslissen al dan niet te bouwen. Ze willen afwachten of de elektriciteitsprijs voldoende is gestegen door het sluiten van kerncentrales en bruinkoolcentrales. Het komt met andere woorden op hetzelfde neer: de verbruiker zal dan via zijn elektriciteitsfactuur betalen.”

U leidt een bedrijf dat een half miljard omzet draait. Is verzelfstandiging een optie?

VANDENBULCKE. “GeoSea en DEME zijn ondeelbaar. De bedoeling is waarde te creëren voor de hele groep. Wij zijn nogal hybride. DEME doet ook aan hernieuwbare energie buiten GeoSea, en GeoSea werkt ook voor de olie- en gassector. Onze dochter EverSea werkt vooral aan het ontmantelen van boorplatformen.

“Onze cijfers schommelen, afhankelijk van het type werken. Een goed jaar heeft niet zozeer met omzet te maken, als met de bezettingsgraad van de eigen vloot, de marktcondities en de toegevoegde waarde die we aan de groep kunnen leveren. Er is een actieve kruisbestuiving met de baggeractiviteiten van Dredging, met Tideway dat kabels legt, met DEME Concessions, dat de portfolio van projecten beheert, enzovoort.”

In de jaarcijfers valt op dat Europa nog altijd goed is voor ruim 90 procent van de omzet.

VANDENBULCKE. “In offshorewindenergie loopt Europa nog altijd jaren voor op de rest van de wereld. Maar de andere continenten kunnen stappen overslaan. Ze zullen geen windmolens van 1 megawatt (MW) meer bouwen. Er zijn een aantal geopolitieke factoren: Japan zoekt na Fukushima andere energiebronnen, de Verenigde Staten zijn op de goede weg. Ook de rest zal volgen.

“Offshorewind is ook niet altijd eenvoudig. Als de kust vrij snel heel diep wordt, heb je drijvende turbines nodig, die ook moeten worden verbonden met het elektriciteitsnet. Die technologie is nog niet competitief, maar ik zie ze er op termijn wel komen.”

U werkt samen met het Chinese conglomeraat Cosco. Helpt dat deuren te openen?

VANDENBULCKE. “Cosco loopt ook tegen de bureaucratie aan. Maar normaal kunnen we er nog dit jaar ons eerste project opstarten, de funderingen voor een relatief klein offshorepark.

“China is een complexe markt, met zeer veel administratieve hindernissen, die een voor een moeten worden overbrugd. Bovendien is er ook niet één Chinese markt: er zijn taalbarrières, provincies met elk hun wetgeving, subsidiemechanismes, lokale aannemers, … China is wel een enorme voorstander van hernieuwbare energie geworden. De Chinezen nemen een voortrekkersrol op zich, en wij in het Westen onderschatten hoe snel ze willen gaan.”

Bent u niet bang dat ze uw technologie kopiëren?

VANDENBULCKE. “Daar hebben ze mij niet voor nodig (lacht). Onze meerwaarde zit in ons metier en onze kennis. Het zijn de mensen die van schepen een succes maken.”

Vindt u voldoende werknemers?

VANDENBULCKE. “We werken met meer dan 450 mensen, maar dat is zeer fluïde. We gebruiken ook medewerkers van zusterbedrijven als Tideway of van de baggerpoot. Maar er is een groot tekort aan goede ingenieurs en veel bedrijven vissen in dezelfde vijver. We kijken dus zeer internationaal. Bij GeoSea werken meer dan twintig nationaliteiten.

“Wij hebben troeven voor mensen die iets meer willen. Een windmolenpark bouwen is meer dan een project, het is een missie. Tegelijk worden mobiliteit en flexibiliteit een almaar groter probleem. Het is soms moeilijker om iemand uit De Panne of Limburg naar Zwijndrecht te halen dan een Portugees.”

Windmolenparken bouwen is een missie, maar als CEO komt u daar niet meer aan toe.

VANDENBULCKE. “Ik mis af en toe wel het technische en het contact met de jonge gasten. Ik geraak te weinig op onze schepen. Maar ik heb ook mijn missie: de wereld overtuigen van het nut van hernieuwbare energie. Niemand gelooft nog dat we teruggaan naar een volledig fossiele maatschappij, al zal de weg naar carbonvrije energieproductie er één zijn met ups en downs. Tenzij er morgen betaalbare kernfusie komt, maar dat lijkt me niet realistisch.”

Hernieuwbare energie wordt vaak in de weegschaal gelegd met kernenergie.

VANDENBULCKE. “Onterecht. Ze vergelijken de operationele kosten van een afgeschreven centrale met de prijs van een nieuw zeewindmolenpark. Je moet twee zaken in de gaten houden: de echte kosten en de erfenis. Offshorewind is nu al competitiever dan nieuwe nucleaire centrales. Er is geen erfenis. De parken die het eerst werden gebouwd, worden nu al weggehaald zonder afval achter te laten. In de echte kostprijs van kernenergie zit dat nucleaire afval niet verwerkt. Het Verenigd Koninkrijk betaalt voor zijn nieuwe centrale Hinkley Point 35 jaar lang 108 euro per megawattuur (MWh). Dat wordt dan nog geïndexeerd. Vergelijk dat eens met de prijzen van de offshore.

“Nu, ik ben geen beleidsmaker, maar je kunt niet eeuwig blijven twijfelen. We moeten beslissingen nemen over onze toekomstige energiebevoorrading, en dan moet je appelen en peren vergelijken. Het Verenigd Koninkrijk kiest voor kernenergie, maar het bouwt een nieuwe centrale in dunbevolkt gebied, waar de lokale bevolking smeekt om jobs. Zoiets ligt veel moeilijker in België.

“We willen blijven meegroeien met hernieuwbare energie, al wordt die sector telkens geconfronteerd met weifelende overheden. Door de prijsdaling van hernieuwbare energie vertonen ze opnieuw uitstelgedrag. Dat is jammer. De lage prijzen tonen natuurlijk ook dat offshore een mainstream energiebron wordt.”

Ze creëren ook het imago van oversubsidiëring.

VANDENBULCKE. “Dat is een enorme bekommernis, die je niet krijgt uitgelegd aan het grote publiek. Het woord subsidies splijt de bevolking in tweeën. Ja, er zijn maatschappelijke kosten, maar er zijn ook terugverdieneffecten, en die moet je tegen elkaar afwegen. Ik begrijp de reacties, maar het is aan de politiek om die beeldvorming te vermijden. Wijlen Filip Martens zei dat de windmolens konden worden gebouwd tegen de prijs van een pizza per gezin. Het is belangrijk niet alleen te zeggen wat de kosten zijn, maar ook wat de baten zijn. We moeten met zijn allen een nieuwe richting inslaan. Dat kan niet gratis. Hoe de factuur wordt verdeeld, is een zaak voor de politiek.”

Wat verwacht u van de overheid?

VANDENBULCKE. “Dat ze een visie ontwikkelt en keuzes maakt. We mogen niet denken dat de auto eeuwig voort zal bollen. Het is tijd voor een nieuwe auto en we moeten beslissen hoe die eruit zal zien. Dat wordt geen gemakkelijk debat, want het gaat over de lange termijn.

“Ik heb mijn visie, maar ik zal bouwen wat de democratie me vraagt te bouwen. Maar op een bepaald moment is de auto gewoon op. Nietsdoen is geen optie meer. Er moeten keuzes worden gemaakt, en wij zullen ze uitvoeren.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content